Follow-up

Vaak is in de eerste levensdagen onderzoek verricht en is er informatie verzameld over de oorzaak van de DSD-conditie. In tweede instantie zal vaak nog aanvullend onderzoek worden gedaan om een nog specifiekere diagnose te stellen. Over het algemeen zal ook de klinisch geneticus hierbij betrokken zijn.
Er zal steeds ook psychologische ondersteuning en begeleiding voor de ouders aangeboden worden. Ouders worden geholpen bij de manier waarop zij informatie kunnen geven aan hun omgeving.
Vaak zijn er ook veel vragen van ouders over de toekomstige lichamelijke ontwikkeling en invloed op hun kind. Impact en consequenties van het hebben van een DSD-conditie worden besproken.
Ook kan er onzekerheid zijn over een eventuele verdere kinderwens van de ouders zelf maar ook de kinderwens van de persoon in de toekomst. Zorgen en angst worden besproken.
Er wordt gedurende het hele leven follow-up geboden waarbij de zorgbehoefte per persoon, per conditie kan verschillen.